De prikpil als anticonceptiemiddel
De prikpil is een vorm van anticonceptie waarbij je een vrouwelijk geslachtshormoon inspuit in plaats van slikt. Je hoeft hier maar eens in de 3 maanden aan te denken. Maar hoe werkt de prikpil precies en wat zijn de voor- en nadelen?
Wat is de prikpil?
De prikpil is een variatie op ‘de pil’, die via een kleine injectie in je bilspier of onderhuids ingespoten wordt. Het anticonceptiemiddel bevat geen oestrogenen, alleen progestageen. Dit wordt in je lichaam opgenomen en geleidelijk afgebroken. Zo zorgt het ervoor dat je 3 maanden lang beschermd bent tegen een zwangerschap. Je hoeft dus maar eens in de 3 maanden aan je anticonceptie te denken.
Hoe werkt de prikpil precies?
De werking van de prikpril berust op het hormoon wat erin zit: progestageen. Dit is een kunstmatig vrouwelijk geslachtshormoon, wat lijkt op het lichaamseigen hormoon progesteron. Het progestageen voorkomt een zwangerschap op 3 verschillende manieren:
- Het verhindert de eisprong.
- Het maakt het slijmvlies van je baarmoeder minder geschikt voor een innesteling van een bevruchte eicel.
- Het zorgt ervoor dat het slijm rond de ingang van de baarmoedermond minder goed toegankelijk is voor spermacellen.
Het progestageen blijft 12 weken zijn werk doen in je lichaam. Daarna heb je een nieuwe injectie nodig. Om voor een continue werking te zorgen, moet je dus elke 3 maanden langs de huisarts om de prikpil te laten zetten.
Starten met de prikpil
Als je met de prikpil wilt beginnen, doe je dat dus via de huisarts. Hij of zij schrijft een recept uit en geeft je de injectie. Wil je meteen beschermd zijn als je start met de prikpil? Dan kan je het beste starten in de eerste 5 dagen van je menstruatie. Op een ander moment in je cyclus beginnen is uiteraard ook mogelijk, maar houd er dan rekening mee dat je de eerste 7 dagen een condoom moet gebruiken. De prikpil is namelijk pas na 7 dagen betrouwbaar.
Welke soorten zijn er?
In Nederland zijn er twee varianten van de prikpil beschikbaar. Beiden werken hetzelfde, ze verschillen alleen in de manier van inspuiten en de werkingsduur.
- Depo-Povera: wordt geïnjecteerd in je bilspier of bovenarmspier, elke 12 weken.
- Sayana: wordt onderhuids in je buik of dijbeen ingespoten, elke 13 weken. Deze is wat duurder en kan huidreacties geven bij de inspuitplaats.
De Depo-Provera heeft de voorkeur en wordt het meest gebruikt. Beide varianten zijn alleen op doktersrecept verkrijgbaar. Samen met je huisarts kan je kijken of de prikpil voor jou geschikt is en welke variant je het beste kan nemen.
Betrouwbaarheid van de prikpil
Bij goed gebruik is de prikpil een zeer betrouwbaar anticonceptiemiddel. De kans op een zwangerschap is slechts 0,3%. Dit betekent dat 3 op de 1000 vrouwen toch zwanger raakt. De kans op een zwangerschap wordt groter als je langer dan 12 weken (of 13 weken bij de Sayana) wacht met een volgende injectie.
Bijwerkingen prikpil
Omdat de prikpil hormonen bevat, kan het een aantal bijwerkingen veroorzaken. Gelukkig heeft niet iedere vrouw hier last van. Bijwerkingen die het meest voorkomen (bij >10% van de vrouwen) zijn:
- Zenuwachtigheid
- Hoofdpijn
- Buikpijn
- Gevoelige buik
- Gewichtsverandering
Klachten die bij 1 tot 10% van de vrouwen voorkomen zijn onder andere:
- Misselijkheid
- Gespannen borsten
- Depressieve klachten
- Duizeligheid
Meestal zijn deze bijwerkingen tijdelijk van aard; ze treden vooral op in de eerste maanden. Het nadeel van de prikpil is dat je bij bijwerkingen niet kan stoppen. De hormonen zitten na de injectie nu eenmaal in je lichaam en je kan deze er niet uithalen. Je zal dan dus 3 maanden moeten wachten totdat de hormonen uitgewerkt zijn.
De prikpil en zwanger worden?
Na het stoppen met de prikpil, kan het best even duren voordat je weer zwanger wordt. Meestal komt je normale cyclus binnen enkele maanden terug, maar bij sommige vrouwen duurt het ook langer: tot wel 1,5 jaar. Daarom is de prikpil niet zo’n geschikte keuze als je denkt dat je binnen niet al te lange tijd weer zwanger wil worden.
Een prikpil na de bevalling
Ben je bevallen en niet van plan om binnen een paar jaar weer zwanger te worden? Dan kan de prikpil een prettige anticonceptiemethode voor jou zijn. Als je uitsluitend flesvoeding geeft, kan je vrij snel na je bevalling met deze vorm van anticonceptie beginnen. Met Sayana kan je starten binnen 5 dagen en met Depo-Provera binnen 18 dagen na je bevalling. Wel zijn er aanwijzingen dat gebruik direct na je bevalling kan leiden tot langdurige en hevige bloedingen.
De prikpil en borstvoeding geven
Als je borstvoeding geeft, kan je de prikpil gebruiken vanaf 6 weken na de bevalling. De hormonen in de prikpil gaan in geringe mate over in de moedermelk, maar dit heeft geen negatieve invloed op de samenstelling, kwaliteit of hoeveelheid van de moedermelk. Ook voor je kindje zijn er, voor zover bekend, geen schadelijke effecten van het gebruik van de prikpil tijdens de borstvoedingsperiode.
Voor- en nadelen prikpil
Een prikpil kan dus in veel situaties een goede optie zijn, maar hij heeft ook een aantal nadelen. Voor het overzicht hebben we alle voor- en nadelen van deze anticonceptiemethode nog even voor je op een rijtje gezet:
Voordelen prikpil | Nadelen prikpil |
---|---|
Zeer betrouwbaar (>99%), ook bij overgeven en diarree | Beschermt niet tegen soa's |
Is redelijk goedkoop | Licht verhoogd risico op verlies van botdichtheid |
Je hoeft er maar eens per 3 maanden aan te denken | Kan lang duren voordat je vruchtbaarheid terugkeert |
Je bent minder vaak ongesteld | Je moet elke 3 maanden langs de dokter ervoor |
Er is een grote kans dat je menstruatie uitblijft (ongevaarlijk) | Bij bijwerkingen kan je niet direct stoppen |
Discrete anticonceptiemethode | Je kan geen invloed uitoefenen op je menstruatie |
Bevat geen oestrogenen | Tussentijds onregelmatig bloedverlies (vooral in het begin) |
Wanneer niet de prikpil gebruiken?
De prikpil is een goede anticonceptiemethode als je op zoek bent naar een langdurige vorm van anticonceptie waar je maar 4 keer per jaar aan hoeft te denken. Er zijn een aantal situaties waarin de prikpil geen goede keuze voor je is:
- Als je binnen een jaar tot anderhalf jaar weer zwanger wil worden.
- Als je een trombosebeen of longembolie hebt (gehad).
- Wanneer je vaginaal bloedverlies hebt, waar (nog) geen verklaring voor is.
- Als je borstkanker hebt gehad.
- Als je een leveraandoening hebt.
- Bij ziekten aan de hersenvaten.
- Wanneer je al een verhoogd risico op verlies van botdichtheid hebt (bijvoorbeeld osteoporose).