baby slaapt op zijn rug wat kans op wiegendood verkleint

Elk jaar overlijden in Nederland gemiddeld 25 baby’s jonger dan 1 jaar plotseling en onverwacht, terwijl ze gezond leken. Dat heet wiegendood. Een relatief laag aantal, toch is iedere baby er één te veel. Goede voorlichting en kennis bij ouders over hoe ze hun baby veilig laten slapen, verkleint de kans op wiegendood. Wat zijn de risicofactoren voor wiegendood en hoe kan je het voorkomen?

Mieke Cotterink deskundige kinderveiligheid
Geschreven door de redactie van 24Baby
Laatste update 7 november 2023
Inhoudelijk beoordeeld door
Mieke Cotterink, Expert kinderveiligheid, VeiligheidNL
Mieke Cotterink deskundige kinderveiligheid
Inhoudelijk beoordeeld door
Mieke Cotterink, Expert kinderveiligheid, VeiligheidNL

Wat is wiegendood?

Wiegendood is het plotseling en onverwachts overlijden van een gezonde of niet zieke baby onder de 2 jaar tijdens het slapen, zonder duidelijke lichamelijke oorzaak die het overlijden verklaart.

De Engelse benaming voor wiegendood is Sudden Unexpected Death Infant (SUDI). De precieze oorzaak ervan is nog niet bekend. Er wordt gedacht dat bij sommige baby’s een hapering optreedt in het wek-mechanisme, waardoor ze minder snel wakker worden door (externe) prikkels. Waar een andere baby wakker wordt, het hoofdje opzij draait en/of huilt om hulp, bijvoorbeeld als er iets op hun neus of mond ligt, worden deze baby’s niet wakker.

Oorzaak wiegendood

Een concrete oorzaak voor wiegendood is nog niet bekend. Wel zijn er een aantal risicofactoren bekend die de kans op wiegendood vergroten.

  • Buikligging. Dit is de grootste risicofactor voor wiegendood, die het makkelijkst te voorkomen is. Wanneer je baby op de buik ligt, kan de ademhaling belemmerd worden. Zo kunnen de mond en de neus wegzakken in het matras. Ook is er een verhoogde kans op rebreathing. Hierbij ademt je kindje steeds de eigen adem in, waardoor er steeds minder zuurstof in de lucht zit die wordt ingeademd.
  • Zijligging. De zijligging wordt in de eerste periode afgeraden, omdat je kindje zo makkelijker op de buik kan draaien en zich mogelijk nog niet terug op de rug of de zij kan draaien.
  • Warmtestress. Je baby kan de lichaamstemperatuur nog niet goed reguleren. Wanneer je kind het te warm krijgt en de warmte niet goed kwijt kan, kan je kind zó oververhit raken, dat hij hieraan kan overlijden.
  • Roken tijdens en na de zwangerschap. Roken tijdens de zwangerschap heeft schadelijke effecten op de ontwikkeling van de hersenen en de longfunctie van je baby. Ook het meeroken van je kindje na de geboorte vergroot de kans op wiegendood met 2,5 keer. Roken tijdens en na de zwangerschap is, na de buikligging, de belangrijkste risicofactor die voorkomen kan worden.
  • Rustgevende medicatie. Deze remmen de wekreactie van je baby, waardoor je kind mogelijk niet wakker wordt wanneer dit nodig is.
  • Onveilig babybedje en slaapspullen. Het gebruik van onveilige slaapmaterialen verhoogt de kans op wiegendood. Denk hierbij aan een babybedje met dichte wanden of voorwerpen die in het bedje liggen (kussens, dekens, knuffels). Deze kunnen de ademhaling van je baby belemmeren als het gezichtje hier tegenaan komt te liggen.
  • Samen slapen. Zowel in bed als op de bank of een stoel is dit niet veilig. Je baby kan onder het beddengoed terechtkomen of tegen een kussen of één van de ouders aanrollen. Daardoor kan je kind het te warm krijgen en/of niet goed meer kunnen ademen. De kans op wiegendood is dan groter.
  • Vroeggeboorte en/of een laag geboortegewicht. Te vroeg geboren baby’s (voor 37 weken) en baby’s met een laag geboortegewicht hebben twee keer zoveel kans op wiegendood.

Meer kans op wiegendood bij de kinderopvang?

De overgang van thuis naar de kinderopvang is voor veel baby’s een ingrijpende gebeurtenis. Zo zijn er bijvoorbeeld andere verzorgers, nieuwe geluiden en geuren, en andere bedjes. Ook is er vaak een andere dagindeling dan thuis en krijgt je baby misschien flesvoeding in plaats van de borst.

Deze veranderingen van routine kunnen zorgen voor stress. Uit onderzoek blijkt dat deze stress van invloed kan zijn op het feit dat baby’s in verhouding vaker overlijden aan wiegendood tijdens de kinderopvang dan thuis.

Wiegendood

Wiegendood voorkomen

Wiegendood helemaal voorkomen is lastig. Wel kan je verschillende dingen doen om de kans op wiegendood zoveel mogelijk te verkleinen:

Laat je baby altijd op de rug slapen

De kans op wiegendood is bij buikslapen het grootst. Leg je baby daarom altijd op de rug. Om een voorkeurshouding te voorkomen kan je het hoofdje regelmatig de andere kant opdraaien. Gebruik geen stabilisatiekussen om je kindje in de zijligging te houden: deze vergroten de kans op wiegendood.

Natuurlijk ligt je baby weleens op de buik als er gespeeld wordt op een speelkleed of in de box. Sterker nog, tummy time is zelfs belangrijk voor de ontwikkeling. Houd hierbij altijd toezicht en laat je kindje niet alleen in de kamer.

Rook niet tijdens de zwangerschap en houd de omgeving rookvrij

Roken tijdens de zwangerschap beschadigt de hersencellen van je ongeboren baby. Daarnaast kan er longschade optreden. Ook het meeroken na de geboorte vergroot het risico op wiegendood. Rook daarom niet binnenshuis en neem je kindje niet mee naar een omgeving waar gerookt wordt.

Voorkom dat je baby het te warm krijgt

Een warme omgeving kan ervoor zorgen dat je baby minder snel wakker wordt. Ook kan het zorgen voor oververhitting. De beste temperatuur voor de babykamer is 16-18 graden en houd het wiegje of babybedje uit de zon. Gebruik daarnaast niet te veel beddengoed. Een dekentje of (ongevoerde) babyslaapzak is voldoende. Een dekbed wordt de eerste 2 jaar sterk afgeraden.

Kleed je baby verder niet te warm aan en leg niets over het hoofdje tijdens het slapen. Zet je baby alleen een mutsje op in de kraamweek, daarna is het niet meer nodig.

Controleer regelmatig of je baby het niet te warm heeft. Dit doe je door met de bovenkant van je vingers te voelen aan de achterkant van het nekje.

Creëer een veilige slaapomgeving

Een veilige slaapomgeving is heel belangrijk. Zo moet het wiegje of ledikantje aan verschillende veiligheidseisen voldoen. Het gebruik van een dekbed, zacht matras en een schapenvachtje wordt sterk afgeraden. Door een dekbed kan je baby de warmte onvoldoende kwijt. Bij een zacht matras is de kans op belemmering van de luchtwegen vergroot, evenals bij een schapenvachtje.

Leg ook geen babynestje, knuffels of kussens in het bed en zorg ervoor dat je het bedje op de juiste manier opmaakt: kort en strak, zodat je baby met zijn voeten bijna tegen het voeteneinde aan ligt.

Slaap niet samen met je kindje in een groot bed. De ademhaling van je baby kan makkelijker belemmerd worden door het dekbed en de kussens. Verder is de kans dat je baby onder de dekens terechtkomt een stuk groter.
Bekijk hier de 10 basisrichtlijnen voor veilig slapen >>

Geef je baby geen slaapverwekkende geneesmiddelen

Je kan beter geen geneesmiddelen met een slaapverwekkende werking aan je kind geven, zoals hoestdrank. Dit kan gevaarlijk zijn voor een jong kind. Toch komt er misschien een moment dat je je kindje medicijnen wil geven, bijvoorbeeld bij ziekte. Overleg dan altijd met een huisarts of specialist vóór je het medicijn aan je baby geeft. Geef je borstvoeding? Ook dan moet je opletten welke medicijnen je wel en niet mag nemen.

Let er bij het gebruik van een draagzak op dat de neus en mond van je baby vrij zijn

Je baby in een draagzak dragen is een fijne en veilige manier om je baby dichtbij je te hebben en toch je handen vrij te hebben. Wel is het goed om erop te letten dat de neus en de mond van je kindje vrij zijn in de draagzak. Op die manier kan je kindje goed blijven ademen. Controleer dit elke keer als je je baby in de draagzak doet.

Leg een tweeling in losse bedjes

Als je een tweeling samen in een bedje legt zonder toezicht, hebben ze een hogere kans op rebreathing. Ook krijgen ze het sneller te warm en kunnen ze elkaars ademhaling belemmeren.

Geef de eerste 6 maanden borstvoeding als dit mogelijk is

Het wordt aangeraden je baby minstens 6 maanden borstvoeding te geven. Er zijn verschillende onderzoeken gedaan naar borstvoeding en de verminderde kans op wiegendood. Hoewel dat het niet unaniem is aangetoond, lijkt het erop dat borstvoeding je baby ertegen beschermt. Mogelijk komt dit doordat een baby die borstvoeding krijgt eerder wakker wordt door (omgevings)prikkels.

Gebruik een fopspeen

Het gebruik van een fopspeen verkleint de kans op wiegendood. Het wordt dan ook aangeraden om het eerste jaar een fopspeen te gebruiken. Begin hiermee zodra de borstvoeding goed op gang is. Let wel goed op en geef je kindje het eerste jaar altijd de speen als hij hieraan gewend is. Als je baby gewend is aan de speen en gaat slapen zonder speen, dan is de kans op wiegendood juist groter.

Sommige ouders zijn bang dat het gebruik van een speen de borstvoeding negatief beïnvloed door ‘tepel-speenverwarring’. Dit is fysiologisch gezien een mogelijkheid en er zijn aanwijzingen dat er sprake kan zijn van zuigverwarring, maar het is nooit wetenschappelijk aangetoond. Daarom is het advies om de borstvoeding eerst goed op gang te laten komen en daarna te beginnen met het introduceren van de fopspeen.

Meer tips over slapen

Ben je op zoek naar meer informatie over slapen? Bestel het e-book ‘Slaapwijzer Baby’ van 24Baby en de slaapcoaches van Slaaptipsvoorbabys >>