Verlatingsangst baby en eenkennigheid

Wanneer je kindje ongeveer 6 maanden is, kan je zien dat je kleine last krijgt van verlatingsangst en eenkennigheid. Misschien rollen de tranen al over die kleine wangetjes als jij even naar het toilet gaat. Wat is de oorzaak van verlatingsangst en eenkennigheid en hoe ga je ermee om?
Verlatingsangst en eenkennigheid
Verlatingsangst en eenkennigheid komen meestal op hetzelfde moment voor bij een baby. Vaak maken ze elkaar sterker. In deze fase hecht een kind zich vaak aan één of twee personen: jij en je partner als je die hebt. Je baby ontwikkelt een angst om gescheiden te worden van jullie. De fase begint meestal als je baby tussen de 6 en 9 maanden oud is.
Verlatingsangst en eenkennigheid zijn een onderdeel van de ontwikkeling. Je kleine krijgt door dat papa en mama de veilige basis zijn waar altijd op terug te vallen is. Ook leert je kleine al een beetje voorzichtig te zijn met onbekenden of nieuwe situaties. Dit helpt bij het ontdekken van de wereld.

Hoe neem je afscheid bij het kinderdagverblijf?
Dag papa, dag mama! Als je je kind naar het kinderdagverblijf hebt gebracht, kan het afscheid soms lastig zijn. Zo maak je het makkelijker voor jou en je kind!
Wat is verlatingsangst?
Verlatingsangst bij je baby betekent dat je kind bang is dat je hem verlaat en niet meer terugkomt. Het is een normale stap in de emotionele ontwikkeling van je baby.
Tussen de 6 en 9 maanden begint je baby zichzelf los te zien van jullie. Je kind krijgt door dat jullie aparte mensen zijn. Je kind begrijpt dus ook dat jij hem kan verlaten. Daarnaast kan je kleine steeds beter denken in beelden, zoals een beeld van jou. Ook als dit beeld op dat moment niet zichtbaar is (objectpermanentie). Hierdoor mist je kindje jou als je niet in de buurt bent.
Wat is eenkennigheid?
Eenkennigheid is het hechten van je baby aan een of twee personen. Als je baby tussen de 6 en 9 maanden oud is, leert je kind het verschil te zien tussen vreemden en bekenden. Je kleine gaat zich dan verbonden voelen met de personen met wie hij het meest vertrouwd is. Dit zijn meestal de ouders en belangrijke verzorgers.
Voor alle andere personen kan je baby (een beetje) bang zijn. Je kind beseft nu dat niet alle mensen papa en mama zijn. Hierdoor kan je kleine angstig worden als de vertrouwde personen even weggaan of als vreemden in de buurt komen. Daarom heet dit ook wel vreemdenangst. Net als verlatingsangst is eenkennigheid een normale stap in de ontwikkeling van je kind.
Vanaf wanneer verlatingsangst en eenkennigheid?
Al vanaf 6 maanden kan je baby de eerste tekenen van verlatingsangst en eenkennigheid laten zien. Sommige baby’s laten het al wat eerder zien. Je kindje heeft er vaak het meest last van tussen de 8 en 18 maanden. Meestal zijn de ergste klachten verdwenen als je kind 3 jaar is. Toch kan het zijn dat je kleine er last van blijft houden tot de eerste schooljaren.
Je baby kan bijna letterlijk van de ene op de andere dag in deze fase belanden. Dit komt doordat je kind een mentale sprong maakt. Opeens begrijpt je kleine dat je weg kan gaan, terwijl er nog niet wordt beseft dat je ook terugkomt. Ieder kind krijgt te maken met eenkennigheid en verlatingsangst. Hoe erg je kindje hier last van krijgt, hangt af van het karakter en hoe jij ermee omgaat.
Symptomen verlatingsangst en eenkennigheid
Je weet dat je baby in de fase van verlatingsangst en eenkennigheid zit als je de volgende punten herkent:
- Opeens bang voor mensen. Wanneer je baby last heeft van verlatingsangst of eenkennigheid, begint je kind mogelijk hard te huilen als je hem bij de oppas achterlaat. Iets wat een week geleden misschien nog samenging met een schaterlach.
- Niet zonder jou kunnen zijn. Bij verlatingsangst is het vaak lastig om je kindje even alleen te laten. Ook wanneer je even naar de wc gaat, kan je rekenen op een flinke huilbui.
- Slechter slapen. Had je baby net de kunst van het doorslapen onder de knie? Grote kans dat je kleine nu last krijgt van nachtmerries of in paniek raakt als je de slaapkamer verlaat.
- Plotseling in paniek raken. Je baby kan op onverwachte momenten in paniek raken. Je kindje kruipt bijvoorbeeld bijna in je als je door de supermarkt loopt, of zet het op een krijsen als de caissière je vriendelijk een fijne dag wenst.
Verlatingsangst en slapen
De verlatingsangst van je baby wordt ’s nachts heel echt. Jij gaat, als vader of moeder, de kamer uit, waarna je kleine alleen achterblijft. Ook als je kindje eerst goed sliep, kan dit door verlatingsangst veranderen in nachtbraken worden.
Misschien heeft je baby vooral voor het slapen gaan last van verlatingsangst en valt je kind alleen in slaap als jij naast het bedje zit. Maar het is ook mogelijk dat je baby ’s nachts wakker wordt en in paniek raakt omdat jij er niet bent.
Als je baby ’s nachts in paniek raakt, is het goed om hem (en jezelf) gerust te stellen. Zo weet je kind dat je er bent, wat een veilig gevoel geeft. Je kind vraagt op zo’n moment om verbinding met jou. Deze bezoekjes kunnen daarom best even duren, omdat je je kleine echt gerust moet stellen. Is jouw bezoek té kort en is je baby niet helemaal gerustgesteld? Dan kan je baby zelfs angstiger worden.
Hoe omgaan met verlatingsangst en eenkennigheid
Verlatingsangst en eenkennigheid zijn natuurlijke stappen in de ontwikkeling van je kind. Hoe vervelend het ook is voor jou en je baby, je hoeft je er dus geen zorgen om te maken. Sterker nog, het helpt de ontwikkeling vooruit. Ook al voelt dat op het moment van afscheid nemen misschien niet altijd zo.
Verlatingsangst en eenkennigheid gaan vaak vanzelf over. Helemaal voorkomen kan je het niet. Wel kan je proberen om er zo goed mogelijk mee om te gaan. Hieronder 6 tips om je op weg te helpen:
1. Speel samen verstopspelletjes
Door met je kindje kiekeboe of andere verstopspelletjes te spelen, leert je kleine dat je er nog steeds bent, ook als je niet te zien bent. Bekijk nog meer leuke baby spelletjes.
2. Zorg voor een vertrouwde omgeving
Als je je baby naar een nieuwe plek brengt, neem dan nog even de tijd om daar te blijven. Speel nog even in de nieuwe omgeving met je baby. Zo kan je kindje wennen aan nieuwe de ruimte.
Geef je kleine ook iets vertrouwds mee. Veel kinderen hebben een lievelingsknuffel. Als deze in de buurt is, geeft hen dat een veiliger gevoel.
3. Geef je baby de tijd om te wennen
Geef je baby de tijd om te wennen als je hem voor het eerst achterlaat bij een nieuw gezicht. Als je bijvoorbeeld een nieuwe oppas krijgt, vraag dan of deze een uur eerder komt. Zo kan je baby al een klein beetje vertrouwd raken met de oppas, terwijl jij er ook nog bent als veilige haven.
4. Bedenk een vast afscheidsritueel
Soms kiezen ouders ervoor om een hartverscheurende scene te voorkomen door stiekem weg te glippen. Hoe verleidelijk ook, probeer dit niet te doen. Dit zorgt er alleen maar voor dat je kind zich minder veilig voelt. Je kind leert dan namelijk dat je opeens kan verdwijnen.
Zorg in plaats daarvan voor een afscheidsritueel. Vertel bijvoorbeeld wat je gaat doen. Ook al praat je kleine nog niet en wordt nog niet alles begrepen, door je stem voelt je kind zich veilig. Vertel dat je terugkomt, geef een knuffel en zwaai even.
5. Maak van thuiskomen een feestje
Je verlaat je baby niet alleen, maar je komt ook terug. Voor jou is dit heel normaal, maar voor je baby is jouw thuiskomst een afsluiting van je afwezigheid. Neem er daarom de tijd voor. Geef je kind een knuffel, ga even rustig spelen en vertel hoe blij je bent om weer bij elkaar te zijn. Dit maakt niet alleen jullie relatie sterker. Het zorgt er ook voor dat de verlatingsangst niet erger wordt. Je baby leert zo dat het altijd weer leuk is als je thuiskomt.
6. Breng je kind regelmatig in contact met anderen
Zo leer je je kleine met onbekenden om te gaan, waardoor je kindje zich meer op het gemak zal voelen bij een ander. Bedenk je wel altijd dat elk kind anders is en dat het voor sommige kindjes moeilijker is om met onbekenden om te leren gaan. Help je kleine hierbij en laat je kind zelf het tempo bepalen. Dwing je kleine nooit om contact met iemand te hebben als je kind het niet wilt.