Obstipatie baby: wat doe je eraan?
Als je baby last heeft van obstipatie, zit zijn ontlasting hem in de weg. Dit zorgt voor buikpijn bij je kindje en kan hem ontroostbaar maken. Dit is voor jou als ouder naar om te zien. Hoe herken je obstipatie bij je baby en wat kan je ertegen doen?
Wat is obstipatie?
Obstipatie is wanneer harde en droge ontlasting zich ophoopt in de darmen. Het wordt ook wel constipatie of verstopping genoemd. Als voedsel in de darmen komt, nemen de darmen vocht en voedingsstoffen op uit het voedsel. Wat overblijft, is de ontlasting. Ontlasting bestaat uit darmbacteriën, onverteerbare voedselresten, gal en water. Als de ontlasting langer in de darm blijft zitten, wordt het harder en droger.
Dit kan ervoor zorgen dat het voor je baby pijnlijk en moeilijk is om de ontlasting eruit te persen. Als hij hier last van heeft, kan hij onrustig of huilerig worden. Obstipatie is vervelend, maar meestal onschuldig. Het is een van de meest voorkomende babykwaaltjes.
Heeft mijn baby last van verstopping?
Zolang je baby geen last heeft van de ontlasting en het er makkelijk uitkomt, is er niets aan de hand. Het aantal keer dat je baby moet poepen kan enorm afwisselen. Ook de kleur en stevigheid van de ontlasting kan per keer anders zijn. Het kan bij wijze van spreken alle kleuren van de regenboog hebben. Pikzwarte of spierwitte poep is wel een reden om direct naar de huisarts te gaan.
Huilt je baby veel en poept hij weinig? Dan kan hij last van obstipatie hebben. Toch zegt de hoeveelheid poepluiers per dag of per week weinig. Dit verschilt per kind. Je kan ongeveer uitgaan van onderstaande tabel.
Zoals je ziet, zitten er grote verschillen in het gemiddelde aantal keer poepen. Heeft je kindje vaak een poepluier? Dan is dit dus normaal.
Symptomen obstipatie
Obstipatie kan verschillende klachten geven. Artsen spreken meestal van obstipatie als je baby twee of meer van de volgende klachten heeft:
- Je baby poept twee keer per week of minder.
- Hij houdt de ontlasting (onbewust) op.
- De ontlasting is hard, droog, keutelig en/of pijnlijk.
- Er zitten grote hoeveelheden ontlasting in de luier.
- De dokter kan bij onderzoek de ontlasting in de darm van je baby voelen zitten.
Wat veroorzaakt obstipatie?
Gelukkig is obstipatie meestal onschuldig. Bij het poepen spelen een hoop factoren een rol. Denk aan het maag-darmstelsel, zenuwstelsel, de spieren van de bekkenbodem en de anus. Deze moeten allemaal met elkaar samenwerken. Als een of meerdere van deze factoren even minder goed werkt, kan dat problemen geven.
In de eerste 6 maanden kan je baby ook een moeilijke ontlasting hebben, zonder dat hij last heeft van obstipatie. Zijn ontlasting is gewoon zacht, maar hij loopt toch rood aan en lijkt moeite te hebben met persen. Dit komt doordat het maag-darmstelsel zich nog aan het ontwikkelen is. Het gaat gelukkig na een paar weken vanzelf over.
Bij maar 5 procent van de kinderen wordt een lichamelijke oorzaak gevonden voor de obstipatie. Voorbeelden van deze zeldzame oorzaken zijn de ziekte van Hirschsprung, cystic fibrose (taaislijmziekte) of een te traag werkende schildklier. Deze aandoeningen geven meestal al kort na de geboorte problemen. Cystic fibrosis en een traag werkende schildklier worden ook getest in de hielprik.
De rol van borstvoeding en flesvoeding
De ontlasting van je kleine hangt ook af van de voeding die hij krijgt, borst- of flesvoeding. Wanneer je baby borstvoeding krijgt, kan zijn ontlasting dunner zijn. Ook kan het aantal keer dat hij moet poepen verschillen, van tien keer per dag tot één keer per tien dagen. Bij sommige baby’s geeft de overgang van borstvoeding naar flesvoeding korte tijd obstipatieklachten. Ook met het wisselen van type of merk flesvoeding kunnen de darmen van je baby wat moeite hebben. Ze moeten wennen aan de nieuwe voeding en hebben tijd nodig om zich hieraan aan te passen. Ditzelfde geldt trouwens als je met de eerste hapjes vast voedsel begint.
Vezelrijke voeding
Vaak wordt gedacht dat kinderen met obstipatie minder vezelrijke voeding binnenkrijgen. Uit een onderzoek in Nederland blijkt dat dit niet klopt. Kinderen met obstipatie eten evenveel vezels als kinderen zonder obstipatie. Toch is het goed om erop te letten dat je baby genoeg vezels binnenkrijgt. Doe dit vanaf het moment dat je start met bijvoeding. Voedingsvezels zitten in groente, fruit en volkorenproducten. Het Voedingscentrum geeft duidelijke informatie over een gezond voedingspatroon met genoeg vezels.
Wanneer naar de huisarts bij obstipatie?
Als je kindje last heeft van obstipatie, is het goed om contact op te nemen met je huisarts. Voor jezelf en de huisarts helpt het om in een ‘poepdagboek’ bij te houden wanneer je kindje heeft gepoept. Neem in elk geval contact op wanneer je baby last heeft van de volgende klachten:
- Bloederige diarree
- Overgeven, waarbij het braaksel een gallige (gifgroene) kleur heeft
- Koorts
- Eczeem
- Andere klachten, al sinds de geboorte
De kans dat de obstipatie een lichamelijke oorzaak heeft, is groter wanneer hij één of een combinatie van bovenstaande klachten heeft. Zo kan obstipatie in combinatie met eczeem, slechte groei en/of luchtwegklachten bijvoorbeeld wijzen op een koemelkallergie.
Behandeling
De huisarts kijkt of je baby last heeft van obstipatie door je te vragen naar zijn klachten. Ook onderzoekt hij of zij je kindje. Meer onderzoek zoals bloedprikken is meestal niet nodig. Als het meevalt, zijn adviezen rondom de voeding van je kindje genoeg. Ziet de huisarts dat je kindje last heeft van obstipatie zonder duidelijke oorzaak? Dan kan hij een laxeermiddel voorschrijven.
Vaak start de huisarts met een poeder dat je oplost in water (polyethyleenglycol, macrogol of forlax). Dit poeder maakt de ontlasting zachter. Je baby neemt het niet op in zijn lichaam, maar poept het weer uit. Daarom kan het niet zorgen voor ‘luie darmen’. Vaak is behandeling voor een langere periode (minimaal 2 maanden) nodig.
Onrustige nachten door obstipatie
Als je medicijnen hebt gekregen voor je baby, duurt het even voor deze gaan werken. Ondertussen kan je baby huilerig en onrustig zijn door de obstipatieklachten. Dit kan voor veel stress en bezorgdheid zorgen, vooral als je te maken krijgt met gebroken nachten. Blijf rustig en probeer hem op verschillende manieren te troosten. Bedenk dat het tijdelijk is en gelukkig geen kwaad kan. Vind je het te lang duren of vertrouw je de situatie niet? Neem dan contact op met je huisarts.
Wat moet je niet doen bij obstipatie?
Je zou er het liefst alles aan doen om de pijn en het ongemak bij je kindje weg te nemen. Toch kan je de volgende dingen beter niet doen of gebruiken:
- Laxeermiddelen. Gebruik geen laxeermiddelen die je bij de drogist kan kopen. Deze zijn niet altijd geschikt voor je baby. Wil je toch iets aan je baby geven? Overleg dan met je huisarts of en welke middelen je veilig kan geven aan je kindje.
- Olie. Voeg geen olie toe aan de voeding. Dit kan ervoor zorgen dat de obstipatie erger wordt.
- Thermometer. Sommige ouders proberen met een thermometer de ontlasting op te wekken. Dit kan je beter niet doen, omdat het de anus kan beschadigen.
- Extra vezels of water geven. Als je de normale, geadviseerde hoeveelheid geeft aan je baby, zou dit genoeg moeten zijn. Extra vocht of vezels geven helpt dan niet.
Tips voor je baby met obstipatie
Meestal is er niets ergs aan de hand. Toch kan je kindje veel last hebben van pijn tijdens het poepen. Er zijn een paar dingen die je zelf kan doen om je baby een handje te helpen.
- Zorg voor genoeg vocht. Zorg dat je baby genoeg vocht binnenkrijgt. Hij heeft zo’n 150 ml per kg lichaamsgewicht nodig. Vanaf ongeveer 1 jaar (of 10 kg) heeft je kindje ongeveer 1 tot 1,5 liter per dag nodig. Let er bij flesvoeding ook goed op dat je genoeg water en schepjes poeder afmeet.
- Geef hem genoeg vezels. Genoeg vezels binnenkrijgen helpt bij het voorkomen en genezen van obstipatie. Vezels houden namelijk vocht vast. Als je baby al aan vaste hapjes toe is, kan je hem vezelrijke producten voorschotelen, zoals groente, fruit en later ook volkoren producten.