Een droomvoeding voor je kind: hoe pak je dit aan?

Wat is een droomvoeding?

Een droomvoeding is een voeding die je geeft terwijl je baby slaapt. Dit doe je meestal op het moment dat je zelf naar bed gaat. Je voegt een extra voeding toe waardoor je het slaapblok van je baby verlengt. Het doel hiervan is om een fijn slaapritme te bereiken voor je kleine. Daarnaast kan het jou helpen aan een betere nachtrust.

Wanneer begin je met een droomvoeding?

Je begint met droomvoedingen wanneer je kleine langer achter elkaar door begint te slapen, en een dag- en nachtritme heeft. Het verschilt per baby wanneer dit ontstaat. Vaak is dit rond de 3 of 4 maanden. Eerder beginnen met droomvoedingen geven werkt minder goed. Je baby slaapt dan nog niet lang aan één stuk door.

Waarom een droomvoeding geven?

De meeste baby’s van 4 tot 6 maanden krijgen tussen 18:00 uur en 20:00 uur de laatste voeding van de avond. Je baby slaapt op deze leeftijd vaak in blokken van 4 tot 6 uur. Als jij naar bed gaat, is het dus alweer bijna tijd voor een voeding. Je baby wordt dan even later wakker van de honger. Het idee van een droomvoeding is dat je dit moment verschuift.

Een droomvoeding werkt het beste als je tussen 22.00 uur en 23.00 uur ‘avonds naar bed gaat. Ga je eerder naar bed? Dan is het nog te vroeg voor je baby om een droomvoeding te krijgen. De kans is dan groot dat je er alsnog uit moet in de vroege nacht.

Hoe geef je een droomvoeding?

Je kan een droomvoeding met fles– en borstvoeding geven. Door de sterke zuigreflex begint baby slapend met drinken als je tepel of de fles in de buurt komt. Je hoeft je kindje dus niet wakker te maken voor een droomvoeding. Het is juist de bedoeling dat je baby slapend drinkt. Zo kan je kleine na de voeding weer rustig verder slapen. Probeer de volgende stappen te volgen:

1. Maak de fles klaar. Als je flesvoeding geeft, maak dan van te voren alvast de fles klaar.
2. Haal je kleine uit bed. Ga zachtjes naar de kamer van je baby. Je kan een nachtlampje aandoen, maar probeer het zo donker mogelijk te houden.
3. Neem je baby in je armen. Misschien word je kindje een beetje wakker. Dit is niet erg, ga rustig verder.
4. Laat je kindje drinken. Houd je tepel of flesspeen voor het mondje van je baby. Lukt het niet? Druppel dan wat melk op de lippen. Of wrijf over de onderkant van de voetjes. Dit kan je baby net wakker genoeg maken om goed aan te happen.
5. Probeer een complete voeding te geven. Geef je borstvoeding? Dan kan je door een borstmassage proberen je borst goed leeg te maken.
6. Laat je baby boeren. Heeft je kindje snel last van krampjes of reflux? Probeer dan je kleine rustig te laten boeren. Houd je baby ongeveer tien minuten na het drinken rechtop tegen je aan.
7. Ga zelf slapen. Jij en je kleine zijn nu allebei moe. Het is tijd om te gaan slapen. Leg je kindje terug in bed en ga zelf ook naar dromenland toe.

Stoppen en afbouwen

Wanneer je kind echt begint met doorslapen, kan je het beste stoppen met droomvoedingen. Dit moment is voor elke baby anders. Gemiddeld gebeurt het als je baby zo’n 6 tot 8 maanden oud is. Kan je baby een nacht doorslapen, maar geef je nog droomvoedingen? Dan kan dit het slaapritme van je kindje in de war brengen. Zo kan je er zonder dat je het wil voor zorgen dat het s’nachts wakker worden blijft. Daarom kan je beter beginnen met afbouwen als je kind zover is.

Afbouwen

Stoppen met droomvoeding doe je niet in één dag. Het is fijn om het rustig af te bouwen. Dit doe je door steeds iets minder voeding te geven.

Als je borstvoeding geeft, bouw je af door steeds iets minder melk te geven. Je laat je kindje minder lang drinken. Doe dit in stappen van vijf minuten. Als je baby 25 minuten droomvoeding krijgt, bouw dit dan af naar 20 minuten. Een paar dagen later ga je terug naar 15 minuten. Dit bouw je verder af tot er geen voedingstijd meer is.

Afbouwen met flesvoeding werkt bijna hetzelfde. Je maakt minder voeding klaar. Om de paar dagen vul je het flesje steeds iets minder, totdat er niks meer in de fles zit. Een andere manier van flesvoeding afbouwen is door de voeding te mengen met water. Zo wordt de voedingswaarde steeds minder.

Voordelen en nadelen van een droomvoeding

Droomvoeding geven aan je kindje heeft voor- en nadelen. Hieronder zetten we de belangrijkste voor je op een rij.

Voordelen

• Meer nachtrust voor jou en je baby. Je kan samen met je baby langer aan één stuk doorslapen. Je krijgt zo een beetje nachtrust terug.
• Een loom en slaperig gevoel. Als je borstvoeding geeft, kan je hier zelf ook moe en slaperig door worden. Hierdoor val je makkelijker in slaap.
• Een beter slaapritme. Door het geven van een droomvoeding kan je baby sneller in een fijn slaapritme komen.

Nadelen

• Bij diep slapende baby’s lukt het niet. Je kindje kan zo diep slapen dat er geen zuigreflex is. Dan heeft het geven van een droomvoeding geen zin. Je kan er dan beter mee stoppen voordat je baby wakker wordt.
• Soms heeft de droomvoeding niet het gewenste effect. Sommige baby’s hebben niet door dat ze een droomvoeding krijgen. Het volle, tevreden gevoel blijft uit. Als dit gebeurt word het slaapblok niet verlengt, maar blijft deze hetzelfde. Je baby zal weer wakker worden in de vroege nacht.
• Je kleine kan te wakker worden. Er bestaat een kans dat je kleine tijdens een droomvoeding helemaal wakker wordt. Dit is niet de bedoeling en daardoor raakt het slaapritme in de war.

Droomvoeding kan je helpen om een klein beetje nachtrust terug te winnen. Het is geen wondermiddel en werkt niet bij iedere baby. Probeer het een week uit en kijk of het voor jouw kindje werkt.

Tips voor het geven van een droomvoeding

Mogelijk helpen deze tips je om het geven van een droomvoeding makkelijker te maken.

• Zet een voedingsstoel op de babykamer. Slaapt je kindje bij jou? Bijvoorbeeld in en co-sleeper? Dan kan je daarin gemakkelijk de voeding geven. Slaapt je baby al op de eigen kamer? Dan is het fijn om daar een voedingsstoel te zetten. Dan hoef je niet heen en weer te lopen met je kleine.
• Verschoon liever geen luier. Doe dit alleen als het echt niet anders kan. De kans is groot dat je kleine helemaal wakker wordt tijdens het verschonen. Bij een flinke poepluier is het wel slim om te verschonen. Je wil niet dat je baby luieruitslag krijgt.
• Ga plassen voordat je een droomvoeding geeft. Zo voorkom je dat je tijdens het geven van een droomvoeding naar de toilet moet.